©
Laurentii.be Genealogie Laurentii Ad laurum non aurum Inhoud Voetnoten 1 zoon
van de gravin van Vlaanderen, Margaretha van Constantinopel. Dit zou de 7e
kruistocht zijn geweest en de eerste van koning (Sint) Lodewijk. Willem II van Dampierre (1225 - 6 juni 1251) was sinds 1246
mederegent -met zijn moeder- over het graafschap Vlaanderen. Hij is ook
bekend als Willem II van Vlaanderen;
in het huis Dampierre is hij Willem
III, heer van Dampierre. Willem was een zoon uit het huwelijk van
Willem II van Dampierre, heer van Dampierre en Margaretha van Constantinopel.
In juli 1246 werd hij door een scheidsrechterlijke uitspraak van Lodewijk IX
van Frankrijk en bisschop Odo van Tusculum, de jure erkend als erfgerechtigde in Vlaanderen. Willem
was in 1247 gehuwd met Beatrix, dochter van Hendrik II van Brabant en weduwe
van Hendrik Raspe. Het huwelijk bleef kinderloos.
Hij overleed op 5 mei 1251 aan zijn verwondingen opgelopen tijdens een
tornooi te Trazegnies – naar verluid werd hij vertrappeld door de paarden van
Henegouwse ridders die hem langs achter aanvielen. Zijn jongere broer, Gwijde
III, tweede zoon van de regerende gravin Margaretha van Constantinopel, werd
daardoor erfgerechtigde op de troon in Vlaanderen. 2 Letterlijk
vertaald “Dode wateren”. De stad is
in de 13e eeuw gebouwd als uitvalsbasis voor de kruistochten voor de Franse
koning, die liever niet in een vreemde haven als Marseille inscheepte. In die
periode lag Aigues-Mortes nog direct aan zee en Aigues-Mortes was dus de
eerste Franse uitweg naar de Middellandse Zee. Koning Lodewijk IX, de
Heilige, kreeg van monniken uit de abdij van Psalmody
een stuk zoutmoeras en liet er de stadskern tussen 1246 en 1272 bouwen. De
stadsmuren zijn er tussen 1272 en 1310 omheen gebouwd. 3 Havenstad in Dumyat,
Egypte, 200 km ten noorden van Cairo. De kruisvaarders wilden met de
verovering van deze havenstad de Nijl controleren, Egypte veroveren en
doorstoten naar Jeruzalem. 4 gouden munten 5 Onder meer de Ieperlingen, waarvan er 482 waren mee
gegaan in het gevolg van Willem van Dampierre, zamelden mee de nodige fondsen
in voor de ander helft toen Margaretha van Constantinopel er op 18 maart 1250
met Willems echtgenote Beatrix van Kortrijk beroep deed op de bevolking om
Willem en zijn broers Alfons en Robert vrij te kopen van “de sultan van
Babylonië”. De families Boeteman en Paeldinck
droegen het ruimst bij en verwierven daardoor de rechten op de vrije vismarkt
van Ieper. 6 Trazegnies
is een deelgemeente van Courcelles in het Belgische Henegouwen. Henegouwen
was in die tijd onder het beheer van de de Avesnes,
kinderen uit het eerste huwelijk van Margaretha van Constantinopel, met wie
de Dampierres uit het tweede huwelijk jarenlang een successieoorlog voerden.
Bij het verdrag van Parijs onder Lodewijk IX in 1246, kregen de Dampierres
het graafschap Vlaanderen en de de Avesnes het
graafschap Henegouwen toegewezen (al bleef Margaretha op de troon van het
graafschap Henegouwen). Pas bij de slag van Westkapelle op 4 juli 1253,
waarbij Jan de Avesnes Gwijde van Dampierre versloeg met de steun van zijn
schoonbroer Willem II van Holland, kreeg de familie de Avesnes definitief de
rechten op het graafschap Henegouwen. 7 terwijl de Dictionaire de la noblesse de
France “originaire de la Saxe”
vermeldt. Zijn voornaam duidt evenwel anders: “Othon”
was de Franse versie van het Scandinavische “Odin”. Mogelijk was Odin een
immigrant uit Engeland, wat de verwijzing “Angelsaksische” afkomst kan
verklaren – zie ook latere verwantschappen met Lawrence in Engeland. De tekst
in de Dictionnaire de la noblesse de France
vermeldt: "Famille noble &
ancienne, originaire de la Saxe,
issue des Seigneurs de Diepenhede, & établie en
Flandres dès le commencement
du treizième sciecle. Elle a eu des emplois distingués, tant militaires que civils, au service des Comtes
de Flandres, qui avoient alors
leurs résidence à Bruges,
où ils tenoient leur cour; & elle a occupé les premières charges de la Régence
Magistrale dans cette ville, qui étoit dans ce tem(p)s une des plus célèbres de l'Europe, par l'immensité
de son commerce, ses richesses & la grande population. Cette famille quitta Bruges en 1560,
au commencement des troubles, & fixa son
domicile à Dunkerque, & delà à
Berg-Saint-Vinox." Het familiewapen vertoont
sterke gelijkenissen met het van de heren van Cadzand, een titel die sinds
het begin van de 13e eeuw niet meer werd gevoerd. De kinderen kregen nieuwe familienamen. De nazaten van ene Willem die
op het kasteel Baenst woonden werden de Baenst genoemd, de nazaten van
Hendrick werden Heindricx genoemd. Er zijn aantoonbare verwantschappen tussen
de familie Lauwereyns en de familie de Baenst. De familie de Baenst voegde de
dwarsbalk toe zoals bij Lauwereyns en plaatste de drie zwanen erboven. Het
hof van St Joris te Brugge werd door Jan III de grootvader van Margaretha de
Baenst gebouwd. Zij verkocht het aan Hieronymus Lauwereyns. De wapenschilden
van de Baenst werden door Hieronymus en ook niet door zijn nazaten
verwijderd. Hieronymus had de dijkrechten van de Waterlanden gekocht aan de vader
en de achterneef van Margaretha toen Anthony stierf en het project
(dijkrechten van Assenede tot Kadzand) te groot
werd. De heren van Cadsant stammen in rechte lijn af van de koningen van
Wales, die Deense roots bij de Vikings hebben, en de eerste heer van Cadsant
werd door de graaf van Vlaanderen ca 820 op het eiland geinstalleerd
om de noordergrens te beschermen tegen de invallende Noormannen [zie
stamboomonderzoek Rigo Heinderickx]. 9 Heede is
afgeleid van "Eede" of "Ee" en betekent waterloop. Zie
ook "Bouwstoffen en studieën voor de
Geschiedenis en de lexicografie van het Nederlands" (1950) waar Depena, Diepena, Dipanha, Diepenee werd vermeld als een
verdwenen waterloop bij Zaamslag (Zeeland) en "Nederlandse
waternamen" (1955). 10 Volgens Rigo
Hinderyckx een afleiding van 'Super Dipanha', weidegronden voor 700 schapen. 11 Gysseling (1993) situeerde Diepenhede
foutievelijk aan de overkant. Prent Scans familiewapens De Vrient – Hellinck – Lauwers uit het boek D’Hooghe (Public Domain, 17e eeuw) – ©
Familiewapens Laurentii design van Liesbet Lauwens, 2016 – © Foto’s Munten
uit private collectie – Kaart kruistochten onder Creative Commons licentie Saeed Esmailian, 2014 -
Kaartbewerkingen van © Google maps, 2013, onder gebruikslicentie |
|
Graafschap Vlaanderen - 1247 Lauwereyns – Van
Velthuysen, Brugge
Afbeelding: uit
een 14e eeuws manuscript van Guillaume de Saint-Pathus. Koning
Lodewijk IX met zijn leger onderweg in 1248 – ook wel bestempeld als de
aankomst in Nicosia. Onder een kaart die de 7e Kruistocht van Aigues-Mortes
situeert via Cyprus en Damiate tussen
1148 en 1254. Drie broers van
Lodewijk IX namen deel: Alfons, graaf van Poitiers en Toulouse, Robert van
Artois en Karel I, graaf van Anjou. Het leger bestond uit 1500 schepen en
zo'n 25.000 tot 35.000 man, van wie 1500 ridders en 5000 kruisboogschutters.
Gedurende tien maanden werd het
Egyptische Damiate bezet. Sultan As-Salih Ayyub onderhandelde met Lodewijk en
bood Jeruzalem aan in ruil voor Damiate, maar de kruisvaarderbaronnen
besloten Alexandrië aan te vallen. Lodewijks broer Robert van Artois zette in 1250 een aanval in op
Cairo en kwam hierbij om, samen met een groot aantal Tempeliers. Lodewijk
wist met moeite zijn positie aan de Nijl aan te houden en het overlijden van
sultan Ayyub en de zwakke positie van diens omstreden opvolger Al-Muazzam
Turanshah speelden enige tijd in zijn voordeel. Ziekten in het moerassige
Nijlgebied eisten een zware tol van het kruisvaarderleger en de moslims
wisten tachtig schepen te veroveren en de opvarenden te doden. Van het leger
dat aan de kruistocht was begonnen bleven steeds minder mensen over,
geteisterd door ziekte en honger. Sommigen gingen terug naar huis, sommigen
sneuvelden, anderen werden gevangengenomen door de Arabieren. De moslims
brachten Lodewijk en zijn leger in het nauw en uiteindelijk konden de
'Franken' geen kant meer op, verslagen door het klimaat en de aanvallen van
de Saracenen. Het leger van de kruisridders werd ten slotte in april 1250
verslagen bij Al Mansurah (Egypte) in 1250, waar een van de commandanten de
latere sultan Baibars was.
Van Willem van Dampierre weten we dat hij gevangen
werd genomen in Damiate in 1250, werd vrijgekocht, en dat hij terugkeerde
naar Vlaanderen. Toen Willem met twee broers werd vrijgekocht voor 8000 pond,
werd slechts de helft daarvan betaald door de Franse koning. Als waarborg voor
de betaling van de andere helft5, lieten zij heel wat edellieden die hen hadden
vergezeld als gijzelaar achter. Odin Lauwereyns keerde op dat moment niet mee terug
naar Vlaanderen. Volgens Franse bronnen was hij één van de achtergebleven
gijzelaars en maakte hij de veldtocht in Syrië nog mee in het gevolg van
Lodewijk IX. Hij overleed
op de terugweg, in Cyprus, en keerde nooit terug naar Vlaanderen. Willem van
Dampierre, die wel was teruggekeerd, zou op 5 mei 1251 overlijden tijdens een
ongeval op het tornooi van Trazegnies6. Het familiewapen van Odin Lauwereyns bestond uit drie zwanen, niet
gebekt en gepoot, zgn. “merlettes”.
Zijn wapendevies was “Ad laurum non aurum”, wat zoveel betekent als
“onversaagd in moeilijke tijden”. De oorsprong van de familie wordt
aangewezen als afkomstig van een Deense Viking, leenman van de graven van
Vlaanderen, aangesteld om het rijk te verdedigen tegen andere Vikings7. De tak van de heren van
Diepenhede zou zijn ontstaan aan het begin van de 13e eeuw,
residerend in Brugge tot omstreeks 1560, waarna ze verhuisde naar Duinkerken
en Berg-Saint-Vinox, Frans-Vlaanderen, FR. De erkenning in de Franse adel
gebeurde in juni 1719 door koning
Louis XV, in navolging van de erkenning onder de graven van Vlaanderen, de
hertogen van Boergondië en de koningen van Spanje8. Afbeelding: voorbeelden
van familiewapens met drie (zwanen)merlettes uit Brugge
De precieze kleuren van dit eerste familiewapen zijn niet bekend.
Vermoedelijk ging het om zilveren merlettes op zwart met daaronder een rode
ondergrondgrond die zichtbaar kwam bij beschadiging van de bovenste laag, en
net deze rode kleur is herkenbaar in latere varianten van het familiewapen.
Zogenaamde merlettes werden soms toegekend aan ridders die zich
verdienstelijk maakten tijdens de kruistochten. Wanneer ze met drie
voorkwamen, hield dit een verwijzing in naar de Heilige Drievuldigheid. Bij
het familiewapen Lauwereyns ging het aanvankelijk om merlettes van zwanen. Al
in de 11e eeuw waren er familiewapens met merlettes bekend. |
|
Afbeelding
onder: verzameling kruisvaardersmunten (voor- en
achterzijde) uit Cyprus, 13e-16e eeuw. Oorsprong van de naam
Diepenhede We weten verder dat Odin Lauwereyns in 1247 de titel
"heer van Diepenhede"
voerde. Diepenhede is een afleiding van Diepenée/Diepene, één van de drie
gebieden van het voormalige eiland Zaamslag (Saemslagh). Het eiland bestond
drie gebieden : Othene, Diepene en Aendyke. Het deelgebied Diepenhede bestond
uit opgeworpen en gewonnen polderland en lag volledig aan de Schelde. Het is
nadien verzwolgen en nooit echt hersteld, toen in 1404 de dijken om
oorlogsredenen werden doorgestoken om Zaamslag te vernietigen. Etymologisch,
of naar de betekenis van de naam, zou Diepenhe(e)de
een verwijzing zijn naar een "plaats aan het diepe water"9. In essentie ging het om
weidegrond voor schapen10. Deze gronden werden vermeld in een brief van de paus
uit 976 waarbij hij de eigendommen van de Sint-Baafsabdij bevestigde in de
Pagus Scaldis (de bocht van de Westerschelde). Ook abt Othelbold
van de Sint-Baafsabdij (1019-1030) beschreef in een brief aan gravin Otgiva, het eigendom Depena als
de schaapsgronden gelegen aan de Diopa: "Tongrot
inter duos et Buoclaca
Diopa." Tussen de Diopa (de Otheense
kreek) en de Buoclaca (Boekhoute, nu de Braakman)
lag Tongrot (Terneuzen). Dit leidt tot de aanwijzing dat Diepenheede
pal ten noorden van Othene lag en, na de onderwaterzetting om militaire
redenen, verdwenen is in de bocht van de Westerschelde. Andere vermeldingen zijn Depana (1003), Diepena
(1040) en daarna Diepene en Diepenee. Aan de overkant11 van de Diopa
ligt Hoek, waar de heerlijkheid van Steelant was gelegen aan de nog steeds
bestaande kreek Braakman. Blijkbaar was Diepenee oorspronkelijk eigendom van
de heren van Cadsant. Zowel in Axel als in Borsele bestaat er nog steeds een
Diepeneestraat. Afbeelding: kaart met meldingen van voorouders rond
de Viking-tijd. Uit de
moederparochie Aardenburg komen Cadesant,
Hannekenswerve (bij Draaibrug) en Lammensvliet (het latere Sluis) voort. Deze parochies zijn enkele
jaren vóór 1089 gesticht. |
||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||
|
|