
© Laurentii.be
|
|
Hombeeks-Leestse stamlijn
- 1829 Peeters-Lauwers, Hombeek
Thérèse Lauwers werd geboren op 13 juli 1799
in Hombeek als dochter van Jan
Lauwers en Anne
Marie Goossens. Zij huwde omstreeks 1829 met Jacques Peeters. Getuige bij
het huwelijk was Louis Peeters, 44-jarige landbouwer uit Hombeek en broer
van de bruid.
Jacques Peeters was
handwerker en landbouwer. Het gezin woonde in Hombeek. Jacques Peeters
overleed op 8 januari 1891 in Hombeek. Thérèse Lauwers overleed er eerder
op 2 juni 1887.
Ouderlijk
gezin: Lauwers-Goossens,
1794 Hombeek
Kinderen uit dit
gezin:
·
Pieter Jan Peeters werd geboren op 10 juli 1829 in Hombeek. Hij was landbouwer in
Hombeek en huwde op 26 april 1869 in Willebroek met Jeanne Jacqueline
Daems, geboren op 28 maart 1820 in Willebroek als dochter van Jan Adriaan
Daems en Liesbeth Moens, en weduwe, landbouwster in Willebroek. Hij
overleed op 13 maart 1905 in Hombeek.
·
Marie Josepha Peeters werd geboren op 17 november 1830 in Hombeek.
·
Rosalie Peeters werd geboren op 28
augustus 1832 in Hombeek.
·
Willem Peeters werd geboren op 13 mei
1834 in Hombeek. Hij huwde op 27 januari 1872 in Hombeek met Marie-Thérèse
Baetens en hertrouwde op 28 februari 1903 in Hombeek met Pauline Van der
Borght (afkomstig van Wolvertem). Hij overleed op 7 september 1908 in
Hombeek.
·
Marie Sophie Peeters werd geboren op 4 juni 18936 in Hombeek.
·
Jan Frans Peeters werd geboren op 24 april 1838 in Hombeek. Hij was zaalwachter en
nachtwachter in Mechelen, en huwde op 18 februari 1863 in Zemst een eerste
maal met Amelia De Roeck, en een
tweede maal met Maria Amelia De Roeck. Zijn eerste echtgenote overleed op 8
mei 1870 in Mechelen, zijn tweede echtgenote op 4 augustus 1883 in Mechelen
kort na de bevalling van hun dochter Marie Celine Peeters (die kort daarna
op 14 september overleed). Jan Frans Peeters hertrouwde op 24 februari 1887
in Zemst met Marie Louise Lauwers4. Het gezin woonde te Halfgalg 7 in het gehucht Geerdegem in
Mechelen.
·
Louis Peeters werd geboren op 31
januari 1840 in Hombeek.
·
Marie Apolonia Peeters werd geboren op 10 januari 1842 in Hombeek.
·
Frans Leonard
Peeters werd geboren op 17 maart 1844 te Hombeek. Hij was
winkelier en huwde op 29 november 1883 in Antwerpen met Colette Didden. Zij
was dienstmeid, geboren op 19 maart 1856 te Zichem, deelgemeente
Scherpenheuvel-Zichem, als dochter van Jan Baptist Didden en Eleonore Maria
Cools.
|
Colette Didden, dienstmeid uit
Zichem
Colette Didden was het vijfde kind in een gezin van
10, geboren in 1856 als dochter van Jan Baptist Didden en Eleonora Maria
Cools. Zij werd wees toen zij 10 jaar oud was en beide ouders in dezelfde
week kwamen te overlijden. De stamboom Didden gaat terug tot het midden van
de 15e eeuw in het Hageland, en er is geen aangetoonde verwantschap met de
familie Diddens uit Mechelen en Leest. Bij de oudst bekende stamvader
Matthijs Didden, vonden we ook de schrijfwijzen Dillen en Diden
terug.
·
[generatie 9] Matthijs Didden werd geboren omstreeks
1580 in Zolder. Hij was knecht op de abdij van Averbode en huwde Agnes
Hendrix omstreeks 1610. Hij werd begraven op 8 oktober 1663 aan de abdij van
Averbode onder prelaat Beckers, aan de kloostergang langs de noordkant.
o
[generatie 8] Mathias Didden werd geboren als oudste kind
omstreeks 1610 in Zolder als zoon van Mathias Didden en Agnes Hendrix. Hij
was knecht op de abdij van Averbode en huwde op 20 mei 1642 in Averbode met
Lucie Dirickx en het gezin kreeg 6 kinderen. Hij overleed in 1661 in
Averbode, 51 jaar oud, en werd begraven naast de abdijkerk onder prelaat
Vaes.
§
[generatie 7] Mathias Didden werd geboren als zesde
kind op 8 december 1655 in Zichem als zoon van Mathias Didden en Lucie
Dirickx. Hij huwde op 28 december 1681 in Averbode met Maria Van Houtemboer.
Zijn echtgenote was bij haar huwelijk kloostermeid en was afkomstig uit
Messelbroek. Hij overleed jong op 27 mei 1687 in Messelbroek, op 31-jarige
leeftijd.
·
[generatie 6] Antoon Didden werd geboren als enig
kind op 16 juni 1682 in Messelbroek als zoon van Mathias Didden en Maria Van
Houtemboer. Hij huwde in Zichem met Maria Wilants en overleed op 7 maart 1745
in Zichem, 62 jaar oud. Maria Wilants overleed er bijna een jaar eerder op 18
mei 1744, 60 jaar oud.
o
[generatie 5] Maarten Didden werd geboren als oudste
kind op 9 februari 1712 in Zichem als zoon van Antoon Didden en Maria
Wilants. Hij huwde op 21 januari 1744 in Zichem met Anna Pauline Fonteyn. Het
gezin kreeg zeven kinderen, waarvan één dood geboren. Hij overleed op 20
maart 1775 in Zichem, 63 jaar oud. Zijn echtgenote overleed op 10 oktober
1792 in Zichem, 72 jaar oud.
§
[generatie 4] Willem Didden werd geboren als 5e kind
op 27 maart 1756 in Zichem als zoon van Maarten Didden en Anna Pauline
Fonteyn. Hij huwde met Angeline Massenier en overleed op 17 juli 1829 in
Zichem, 73 jaar oud. Het gezin kreeg 8 kinderen, waarvan er twee dood geboren
werden.
·
[generatie 3] Marie Katrien Didden werd geboren als zesde
kind op 24 april 1788 in Zichem als dochter van Willem Didden en Angline Massenier. Zij kreeg
ongehuwd twee kinderen: Jan Baptist Didden en Jan Frans Didden. Zij overleed
op 15 december 1864 op 76-jarige leeftijd.
o
[generatie 2] Jan Baptist Didden werd geboren op 12
februari 1814 in Zichem als buitenechtelijk kind van Marie Katrien Didden.
Hij was dagwerker, later veldwachter, en huwde op 18 februari 1847 in Zichem
met Eleonora Maria Cools, eveneens dagwerkster. Het gezin woonde in de
Kloosterstraat in Zichem en kreeg tien kinderen. Hij overleed op 7 september
1866 in Zichem, 52 jaar oud. Zijn echtgenote, die afkomstig was uit Tongerlo,
overleed er een week later op 14 september 1866, 39 jaar oud.
§
[generatie 1] Colette Didden werd geboren op 19 maart
1856 in Zichem. Zij huwde op 29 november 1883 in Antwerpen met winkelier
Frans Leonard Peeters, een zoon van het gezin Peeters-Lauwers uit Hombeek. De meest kinderen uit het ouderlijk
gezin bleven in Zichem en Scherpenheuvel. We weten dat ook haar jongere zus
Petronella Melanie Didden naar Antwerpen verhuisde bij haar huwelijk met
Peter Louis Van Apers omstreeks 1890.
|
|
Scherpenheuvel-Zichem

|

Afbeeldingen: Scherpenheuvel heeft al eeuwen een bijzondere spirituele
aantrekkingskracht op bedevaarders. Aan het begin van de 21e eeuw is het
nog steeds het belangrijkste bedevaartsoord in België.
|
|
De geschiedenis van Scherpenheuvel gaat
terug tot in de middeleeuwen. In de 12e eeuw situeerde de streek zich nog
in het Kolenwoud. De streek werd slechts traag ontgonnen voor landbouw tot
de 16e eeuw. Tussen Zichem en Diest bevond zich een eik in een kruisvorm.
De eik was eerder blijkbaar al een plek van verering, en er waren
opmerkelijke verhalen in de overlevering - zoals een man die door een
hevige wind werd opgepikt en nooit meer werd teruggezien7. Vermoedelijk was er
al sprake van een heidense verering van de plek (met druïden en de geneeskrachtige
maretak), alvorens deze een christelijke betekenis kreeg, want volgens de
overlevering waren er priesters die deze aanbidding oorspronkelijk afdeden
als bijgeloof en afgoderij6.
Vanaf de 12e eeuw waren geloofsverkondigers als Elysius
en Amandus er al actief met kerstening. In de 14e eeuw was er nog sprake
van gebruiken uit het 'heidens' geloof en zelfs in de 19e eeuw waren er nog
meldingen van 'oude gebruiken'7.
Volgens de legende vond
een schaapsherder omstreeks 1500 het Mariabeeldje op de grond, en toen hij
het wilde meenemen naar huis, bleek hij aan de grond genageld. Pas toen het
beeldje werd teruggehangen, kon de herder zich opnieuw verplaatsen1. Het nieuws van het
wonder verspreidde zich snel en pelgrims trokken naar het beeld van Maria
op de "scherpe heuvel"
bij Zichem. Het oorspronkelijk beeldje verdween in 1580 tijdens de
Tachtigjarige oorlog bij de inval van de geuzen. Het werd in 1587 vervangen
door het Mariabeeld dat er nu nog staat. In 1598 waren er naar verluid
honderden verhalen van genezing van koorts en hoofdpijn onder Ierse
soldaten die dienden onder Willem Stanley. De Ieren waren in Scherpenheuvel
gelegerd.
In 1602 werd de oude eik
geveld en werd een houten kapel opgericht door de Zichemse pastoor Godfried
van Thienwinckele ter ere van Onze-Lieve-Vrouw, en in 1604, na een
miraculeuze genezing in 16032,
een grotere in steen, op initiatief van de aartshertogen. Die kapel werd in
september 1604 opnieuw geplunderd door Noordelijke troepen, maar Jezuïeten
brachten het beeldje in veiligheid. Twee maanden later werden de
calvinisten verjaagd uit de Zuidelijke Nederlanden door het Spaanse leger.
In 1609
lieten de aartshertogen Albrecht en Isabella de bouw van de huidige
basiliek starten, als dank voor de verdrijving van de calvinisten uit de
Zuidelijke Nederlanden. Scherpenheuvel kreeg eerder stadsrechten in 16053 , werd in 1620 omwald
en ommuurd, en de kerk werd ingewijd in 1627. Aartshertog Albrecht zou de
voltooiing niet meer meemaken, maar aartshertogin Isabella kwam te voet van
Diest voor de inhuldiging.
De
vorsten verbleven tijdens hun bezoek tegenover de basiliek in het (nog
bestaande) huis "Het Gulden Vlies". De zandsteen van de
zijkapellen werd in het nabijgelegen Langdorp gedolven. Na de pestepidemie
in 1629 in Scherpenheuvel, was de toevlucht tot Maria als genezeres een
belangrijk gegeven in de verering. Hier zou de oorsprong van de "Kaarskensprocessie" liggen. In
deze periode waren de kloosterlingen van het, inmiddels verdwenen, Hof der Oratoren de behoeders van de
kerk. In 1661 was er al sprake van een schuttersgilde met handbogen, en
datzelfde jaar maakte Koenraad Lauwers een gravure van Scherpenheuvel5.
Verhalen
van wonderbaarlijke genezing bleven verbonden aan het bedevaartsoort.
Bijvoorbeeld op 5 mei 1790, tijdens de processie van de Keulenaren, kon een
blinde het daglicht zien6.
Oudtestamentische figuren als Mozes, Jesaja, Ezechiël, David, Jeremia en
Daniël waren gebeeldhouwd en kregen een plaats in de kerk, als "profeten van de komst van Jezus".
In 1797 werd de kerk opnieuw geplunderd door de Fransen, begin 18e eeuw
werden de erediensten hersteld, in 1872 werd het Mariabeeld gekroond en in
1922 kreeg de kerk de status van basiliek ('basilica minor").
Afbeelding: aandenken aan een bedevaart uit 1929, uit de nalatenschap van
mijn grootvader Frans Emiel Lauwens8 . Typische elementen
van de legende van Scherpenheuvel, zoals de boom en het beeld, werden
hierin voorgesteld.

|
|
Inhoud
Blog
Documenten
Foto's
Gezinnen
Stamboom
Startpagina
Thematisch
Verhalen
Verwante
families
1 Volksverhaal opgetekend door Philips Numan, griffier
van de aartsbisschop van Mechelen in 1604 in "Historie van de Mirakelen". Het boek werd gepubliceerd in
het Nederlands, Frans, Spaans en Engels en dit trok pelgrims over heel
West-Europa.
2 Naar verluid werden in 1603 bij Cathérine du Bus uit
Rijsel, Frankrijk, boze geesten uitgedreven toen zij een stukje hout van de
eik doorslikte. Naar verluid zouden op de lippen van het beeldje ook bloed
zijn opgeweld "om de zonden van de
afvallige Nederlanders uit te boeten". In mei-juni 1602 was er al
een melding dat de blinde Zichemse Petronella Ridders; echtgenote van Lambert
Baudewyns, er ziende was geworden. Er waren in deze
periode ook meldingen van bedevaarders die hun krukken achterlieten na een
genezing. Toen de eik werd geveld, werden uit het hout Mariabeeldjes gekerft die tot nieuwe mirakels en verering leidden,
zoals in het Jezuïetencollege van Luxemburg. Daar heet zij "Troosteres van de bedroefden"
zoals mag blijken uit een bedevaartsvaantje van 1642 naar Kevelaer
in Duitsland. Die plaats won aan belang voor Noordnederlandse
en Duitse katholieken, al bleven er wel processies uit Maastricht en Keulen.
3 Scherpenheuvel moest een katholiek bolwerk worden
als tegenhanger van Willemstad in de Noordelijke Nederland
(Contrareformatie).
4 Marie-Louise Lauwers was geboren
op 22 oktober 1859 in Zemst als dochter van Jan Baptist Lauwers (overleden op
20 november 1883 in Zemst, zoon van Joos Lauwers en
Marie-Thérèse Muyldermans) en Lucie Meysmans (overleden op 25 april 1868,
dochter van Peter Jan Meysmans en Marie-Thérèse Van den Heuvel), landbouwers
in Hombeek. Zij was landbouwster in Zemst.
5 De gravure is opgenomen in de "Sacrae Brabantiae" van A. Sanderus en
geeft een welopgerichte wip of "vogelroede" weer aan de Diestse
Poort. Zie ook verhaal uit 1661.
6 Zie "Bydragen tot de geschiedenis van Diest en
omstreken - Historische oogslag op het steedje Scherpenheuvel", Drukkerij Ad Havermans,
1845. Ook Isaac Le Long uitte bedenkingen in de 16e eeuwse
"Spiegel Historiael",
tegen godsgeleerden als Justius Lipsius in, maar
Isaac werd bestempeld als een reformant ("Een Hollander! Een
hervormingsgezinde!").
7 In de 14e eeuw
beschreven door Van Velthem. Hij schreef ook over de "verering van eiken tussen Zichem en Diest".
In de 19e eeuw ging het ondermeer om het kweken van maretak in appelbomen6.
8 Zie gezin
Lauwens-Van Keer, 1932.
Bronnen
geschiedenis Scherpenheuvel: Duerloo,
Luc & Marc Wingens (2002) "Scherpenheuvel: Het Jeruzalem van de Lage
Landen" Leuven, Davidsfonds
Keyzer, Laurens De (1997) "Wees
gegroet Maria: Mariaoorden in de Lage Landen" Antwerpen: Icarus
Numan, Philips (1606) "Miracles Lately Wrought by the Intercession of the Glorious
Virgin Marie at Mont-aigu" (In 1975 heruitgegeven door The Scolar Press, Londen) Philippen, Jos (1987) "Die früheste Ausstrahlung von Scherpenheuvel in das Rheinland” In: “Maria
Kevelaer im Bild" Kleve: Kreis
Kleve. - Met bijzondere erkentelijkheid aan het stamboomonderzoek Herman
Didden. - De Ware Vrienden van het Archief,
bewerking Burgerlijke Stand Mechelse deelgemeenten 1796-1910.
|
|
|