© Laurentii.be Genealogie
Van Praet Hoe hoger geëerd, hoe hoger van weerd. Inhoud Voetnoten 1 Zie o.m. H. Van de Ven, “Kapelle-op-den-Bos vroeger en
nu”, 1973; getuigenis opgetekend door de Erfgoedcel Kapelle-op-den-Bos in
1999 (Met bijzondere dank aan François Van der Jeught en Bart Doms);
tijdschrift Hoembeka, 1999; aanvulling Marvin Olbrechts in 2008. Ook in
Hamont ontplofte enkele dagen later, op 18 november, een munitietrein. 2 Naar verluid was er op dat moment geen
dokter in Kapelle-op-den-Bos. © Embleem “Sans
Patrie” uit private collectie (origineel onder Public Domain) - © Bewerking
foto treinwrak, 1918, uit collectie Erfgoedcel Kapelle-op-den-Bos (met dank
aan Frans De Gendt, Hugo Lauwens - origineel onder Public Domain). |
|
Verhalen - 1894 -
Laurent en Jules François Van Praet uitgewezen uit Frankrijk Op 2 maart 1894 worden twee broers Van Praet uitgewezen
uit Frankrijk omdat zij lid waren van een anarchistische groepering. Het ging
om Laurent Van Praet, geboren
op 30 januari 1859 te Vilvoorde, en zijn broer Jules François Van Praet, geboren op 9 november 1861 te Gent.
Beiden waren lid van de Ardeense groep "Les Sans Patrie", opgericht in Charleville in 1891. De
politie had bij hen thuis nummers gevonden van anarchistische dagbladen. De groep "Sans
Patrie" was een militante Ardeense anarchistische groep wiens doel
als volgt werd beschreven: "Notre titre (les sans patrie) est une
déclaration de guerre au
militarisme ainsi qu'à l'idée de conquête ou d'asservissement des peuples". Andere gerenommeerde leden waren Paulin
Malfait, geboren op 27 februari 1867 te Charleville (overleden op 30 augustus
1927), Bouillard, Thomassin,
Leroux en Moray. De groep werd officieel opgericht op 18 oktober 1891. In
maart 1892 organiseerde Malfait met Leroux en Moray de desertie van een
compagnon Loriette, soldaat te Reims, FR. Alles liep volgens plan, maar
Loriette, eens ontsnapt, ging zich aangeven bij de gendarmerie. Malfait en
Moray vluchtten daarop naar België, en Leroux werd gearresteerd. Bij een
ontsnappingspoging wierp Leroux zich in een kanaal, maar omdat hij niet kon
zwemmen, verdronk hij. Malfait werd later gearresteerd te Luik, uitgewezen
naar Frankrijk, en veroordeeld tot 8 maanden gevangenis.
|
|
Verhalen - 1918 - Jeanne Van Praet komt om bij de
ontploffing van een munitietrein te Kapelle-op-den-Bos 1 Op 14
november 1918 om half acht ’s morgens, ontplofte munitie op treinwagons op de
spoorlijn Mechelen-Dendermonde, ter hoogte van Kapelle-op-den-Bos, enkele
dagen na de wapenstilstand die officieel het einde van de "Groote Oorlog" betekende. Het
gerucht ging dat het om volgestouwde gestolen goederen in wagons ging en dat
lokte nieuwsgierige kooplustigen. Duitse soldaten hadden al op 12 november de
aanzet gegeven met de verkoop van werkgerief, petroleum en meubelen. De trein
had dan zijn weg voortgezet, maar er waren een tiental wagons onbewaakt
achtergelaten. Enkele van die wagons, die richting Hombeek stonden, bevatten
kisten met munitie die tot ontploffing kwamen toen men die met pikhouwelen en
breekijzers trachtte te openen. Er vielen 20
doden en een veertigtal gewonden te betreuren. De dokters uit Londerzeel,
Willebroek en Hombeek snelden te hulp2.
Zes gewonden werden afgevoerd naar hospitalen in Brussel en Mechelen. Onder de
dodelijke slachtoffers bevond zich Jeanne
“Filomène” Van Praet, 14 jaar oud. De aangifte van het overlijden gebeurde
door haar vader Pieter Van Praet, een 49-jarige werkman van
Kapelle-op-den-Bos die gehuwd was met Jeanne Scheers. Het gezin woonde aan de
Oostvaartdijk 44. Buur Pieter Dons deed mee de aangifte. Afbeelding:
het wrak van de munitiewagons na de ontploffing, Kapelle-op-den-Bos, 1918. Andere
slachtoffers die het leven lieten: ·
De 23-jarige bakker Jan Frans De Buyser
van de Mechelbaan. ·
De 14-jarige Jeanne De Laet van de
Kuiermansstraat. ·
De 22-jarige werkman Frans Dons uit het
Schuttershof. ·
De 35-jarige schrijnwerker Jan
Koeckelberghs van de Mechelbaan, die omkwam samen met zijn 13-jarige
dochter Marie-Jeanne. Hij liet een vrouw en een dochter achter. ·
De 32-jarige staatswerkman Egide Moens
en zijn, van Leest afkomstige, 48-jarige echtgenote Angèle Potums. Zij lieten
drie kinderen na, twee uit een eerder huwelijk van Angèle (zij was weduwe
toen zij trouwden), en een 6-jarige dochter uit hun huwelijk. ·
De 42-jarige huishoudster Pauline Van
Cauwenbergh van de Mechelbaan, die omkwam met haar 21-jarige zoon,
steenkapper Jozef Praille. Zij liet een man en zes kinderen na. Naar verluid
wilde zij haar zoon naar huis roepen toen zij vernam dat die naar het
treinstel was getrokken. ·
De 15-jarige metsersgast Pieter Jan Van
Campenhout uit het Leopoldskwartier. Buur Pieter Van Praet deed de aangifte
samen met zijn moeder Anne Marie Thys. ·
Jan Van den Bergh, een 12 jaar oude
knaap uit de Bormstraat in Tisselt (straat op de grens met
Kapelle-op-den-Bos). Hij was de oudste zoon van paswerker August Van den Bergh
en landbouwster Marie-Thérèse Haverals. Jan was vergezeld van zijn 8-jarige
broer Jozef, die ongedeerd bleef. Jan had brokstukken in het lichaam gekregen
en had brandwonden. Hij overleed 29 dagen na de fatale dag in het ziekenhuis
aan de Keizerstraat in Mechelen. ·
De 19-jarige Jeanne Van den Bergh,
weggerukt uit het leven “in de bloei
van het leven” zoals haar rouwprentje vermeldde. Zij was landbouwster en woonde aan Triest. ·
De gepensioneerde 70-jarige
staatswerkman Pieter Jan Van De Voorde uit de Kuiermansstraat. Hij liet een
vrouw na en een zoon, die 44-jarige was en winkelier in Mechelen. ·
Victor Van Dijck, een 17-jarige
schrijnwerkergast van de Molenweg. ·
Jan Louis Van Ingelgom, 24 jaar oud,
gehuwd met Marie Judith De Bondt, van de Oostvaartdijk. Marie Judith was
zwanger toen haar man om het leven kwam. Op 12 maart 1919 werd hun enig kind
Jan Joris Ingelgom geboren. Zijn vrouw hertrouwde op 12 juni 1920 te
Kapelle-op-den-Bos met Jan De Smedt. Zoon Jan Joris zou in april 1945 huwen
met Liesbeth Versnaeyen. Hij werd douanier. ·
De uit Leest afkomstige 56-jarige
fabriekswerker Pieter Verberght en zijn echtgenote Veronica Houwelijckx die
tien jaar jonger was, van het Schuttershof. Zij lieten een
5-jarig kind na. ·
De 41-jarige staatswerkman Willem
Verbruggen van aan de Oostvaartdijk. Hij liet een
vrouw en twee kinderen achter. ·
De 32-jarige Lodewijk Van Moer, een
elektricienwerkman van aan de Mechelbaan. Hij liet een vrouw achter en twee
kinderen. Zijn vrouw Philomène Steenackers had een herberg aan de Mechelbaan 140
en zij deed de aangifte samen met haar 22-jarige buur en onderwijzer Jules
Rochtus. |
|
|
|
||||
|
|
||||
|
|